Fruit Plukken en bewaren

Onderstaande tekst is afkomstig van Stichting Ijsselboomgaarden.

 

 

Wanneer plukken

Zomerrassen worden geplukt in juli en augustus. Dit fruit kan maar enkele dagen bewaard worden. De herfstrassen zijn plukrijp half september en het bewaarfruit van de winterrassen wordt geplukt in oktober. Om te bepalen of u kunt gaan plukken is de volgende vuistregel handig.

Als u zo’n 10 vruchten onder de boom vindt van goede kwaliteit en grootte en de vruchten zijn niet noodrijp door aantasting van schimmels en insecten, dan kunt u de plukbaarheid testen. U tilt met vlakke hand een vrucht op, draait de vrucht een kwart slag tegen de groeirichting in en trekt voorzichtig aan de vrucht. Het steeltje dient dan gaaf af te breken van het takje. Bij langstelige rassen kunt u de steelvoet vastpakken of ondersteunen.

Bewaarfruit moet u zeker zorgvuldig plukken om beschadiging te voorkomen. Vruchten met een gebroken steeltje of zonder steeltje rijpen snel af en kunnen gaan rotten. Pluk wel tijdig en laat het fruit niet doorrijpen aan het vruchthout.

Hoe te plukken

Simpel door de vrucht op te tillen, het geheel te omvatten, licht te draaien en te trekken. Plukt u te ruw en trekt u het takje mee, dan mist u volgend jaar een enkele bloeiknoppen.

Pluk met schone handen en vermijd lange nagels, dit kan schilwondjes geven. Gebruik eventueel dunne handschoenen.

Gebruikt u een plukstok, pas dan op voor het stoten met de kartelrand tegen de vrucht. Met een plukstok is het risico van meetrekken van vruchthout groot. Gebruik voor het verzamelen van de geplukte vruchten een plukzak of een lage brede plukemmer met een S haak om aan de sport te hangen. Voorkom het kneuzen van vruchten. Begin onderaan met plukken en pluk van buiten naar binnen. Verplaats je naar boven en pluk zo door.

Links een plakstok, rechts een plukzak. Zelf een plakzak maken: klik hier voor het patroon en de instructies.

Veilig en gezond plukken

Voor het plukken van hoogstamfruit heeft u een veilige ladder nodig. Controleer voor u begint de ladder en treden op zwakke plekken en beschadiging. Controleer ook de werking van de beveiliging bij schuifladders en A ladders. Stel een ladder onder een veilige hoek op (65°-75°, zie foto), op een vaste en vlakke ondergrond. Plaats de top van de ladder (oversteek van minstens 2 treden) alleen tegen een stevige tak, liefst in een oksel. Bind eventueel de ladder vast tegen de tak.

Doe geen acrobatiek door ver buiten de ladder te gaan hangen of op de bovenste sport te gaan staan. Verplaats de ladder regelmatig. Je leven is meer waard dan een hele appeloogst. Draag stevige schoenen (geen klompen) hou de handen vrij om de ladder vast te houden. Gebruik een plukzak om je handen vrij te houden voor het plukken.

Probeer steeds met een rechte rug kisten te tillen, te dragen en neer te zetten. Til en zet een kist neer door te hurken, niet door te bukken. Houdt de rug iets achterover bij het dragen van een kist.

Hoe te bewaren

Sla het fruit op in een donkere ruimte die vorstvrij is en liefst niet warmer kan worden dan 10 graden, het liefst permanent op 5 graden. Vermijdt grote temperatuurswisselingen. Stapel het fruit niet hoger dan drie lagen fruit in uw kist. De kisten moeten droog, schoon en geurloos zijn en open voor ventilatie, liefst donker. Sla het fruit niet op in een ruimte met sterke geurstoffen zoals brandstoffen en wasmiddelen. Een vrucht heeft een natuurlijke waslaag dus reinig het fruit alleen door los vuil eraf te vegen. Was de vruchten niet af met water! Stapel de kisten op een pallet of balkjes, los van de vloer.  Dek de kisten af met een laag noppenfolie (bubbeltjesplastic) tegen stof en zorg dat er geen knaagdieren of vogels bij het fruit kunnen komen. Plak labels op uw kisten zodat u weet welk ras er in de kist zit. Controleer 1 keer in de drie weken voorzichtig de kwaliteit van de vruchten. In de eerste weken iedere week. Wat op het oog gaaf van de boom kwam, kan toch gaan rotten. Verwijder zo snel mogelijk rotte vruchten. Doe dit voorzichtig, de meeste historische fruitrassen zijn kwetsbaar.

 

Plukschade

Plukschade kan onderscheiden worden in:

  • direct zichtbare plukschade;
  • plukschade die pas na enkele uren of dagen zichtbaar wordt;
  • plukschade die na de bewaring wordt geconstateerd.

 

Direct zichtbare plukschade

Steelbreuk bij appel en peer

Oorzaken:

- het fruit is nog niet plukrijp,

- langstelige rassen zijn gevoelig voor steelbreuk,

- de vrucht is recht omlaag getrokken!

Gevolgen

*  Een gebroken steel kan de schil van een andere vrucht beschadigen.

  • De beschadigde vrucht gaat tijdens bewaring rotten en steekt andere peren aan!
  • Kwaliteitsvermindering en daardoor prijsverlaging

 

Uitgetrokken steel bij appel en peer

* Vruchten zonder steel zien er gaaf uit, maar als een steel niet is afgebroken maar is uitgetrokken, dan is de vrucht beschadigd aan de hals en kan gaan rotten!

* Vruchten met uitgetrokken steel kunnen niet bewaard worden. Ze gaan rotten en steken de goede vruchten aan.

 

Plukschade die pas na enkele uren of dagen zichtbaar wordt

Deukjes (butsen of dutsen) bij appel en peer

*  Als een vrucht tegen andere vruchten of takjes wordt gestoten of gevallen is, dan worden de deukjes (soms deuken)  en beurse plekken pas later zichtbaar;

*  Teervlezige en vochtige vruchten kunnen zelfs door knijpen worden beschadigd.

*  Gedeukte vruchten zijn veel minder waard dan gave.

*  Onder de schil zijn deuken bruin, ze kunnen gaan rotten!

 

Krassen op de schil

Een kras wordt pas na enige tijd zichtbaar. Als ze door de schil heen gaan, kunnen schimmels binnendringen en gaat rot optreden. Lange nagels kunnen snel de schil beschadigen.

 

Plukschade die tijdens de bewaring optreedt

Een rottende vrucht kan andere vruchten aansteken.

Knel-, druk- en stootschade

Zorg dat een kist niet te vol wordt gelegd. Vooral langs de lange zijde van de kist kunnen ze door glijlatten worden geraakt. Door druk kunnen ook vruchten in diepere lagen worden beschadigd.

Schade door vallen en rollen

Laat vruchten niet vallen in een kist. Vermijd dat veel vruchten tegen elkaar rollen.